Nederlands Ambacht: Terug van weggeweest in de wereld van slow fashion
Op mijn 16e nam mijn moeder mij mee naar een atelier voor tailored made kleding. Ik liet daar een Marlene Dietrich broek maken in een roest rode kleur. Ik vond het zo bijzonder, dat deze broek, waarvan ik zelf de stof had uitgezocht, speciaal voor mij gemaakt werd.
Toen ik Halsduk by Esmee begon, had ik één duidelijke wens: kleding creëren die niet alleen mooi is, maar ook met aandacht en vakmanschap wordt gemaakt — hier, in Nederland. Die wens werd werkelijkheid dankzij de samenwerking met Nederlandse coupeuses die het klassieke naaivak nog beheersen zoals de kleermakers van vroeger.
Maar waarom is dat eigenlijk zo bijzonder? En hoe is het zover gekomen dat dit ambacht zo schaars is geworden? In deze blog duiken we in de geschiedenis én toekomst van Nederlands vakmanschap en de rol van slow fashion daarin.
Een stukje geschiedenis: het gouden naaivak
n de 19e en begin 20e eeuw vormden kleermakers en coupeuses een essentieel onderdeel van het straatbeeld in Nederland. Ze werkten vaak zelfstandig of vanuit een klein atelier aan huis. Deze vakmensen bedienden een breed publiek: van de burgerij en gegoede middenklasse tot de hogere kringen.
In steden als Amsterdam, Den Haag en Rotterdam werden herenpakken, rokkostuums en damesblazers op maat gemaakt voor advocaten, artsen, fabrikanten en hun echtgenotes. In kleinere dorpen werkte de kleermaker vaak voor de hele gemeenschap, van zondagse kleding tot werkkleding. De elite schakelde soms zelfs Franse of Engelse modehuizen in, maar de uitvoering gebeurde dikwijls alsnog door lokale vaklieden.
Het maakloon was, zeker in verhouding tot het inkomen van die tijd, aanzienlijk. Voor een op maat gemaakte herenblazer rond 1900 betaalde men bijvoorbeeld 25 tot 40 gulden. Voor een damesblazer, afhankelijk van het ontwerp en de stofkeuze, kon dit bedrag vergelijkbaar of zelfs iets hoger zijn, omdat vrouwelijke kleding vaak meer detailwerk vergde.
Kleding was destijds een investering. Mensen bezaten minder kledingstukken, maar deze gingen jarenlang mee en werden waar nodig vermaakt of hersteld — een vanzelfsprekend duurzaam systeem, lang voordat we het ‘slow fashion’ noemden.
Kleermakers genoten ook aanzien: het was een vak waar vakmanschap, oog voor detail en sociale finesse samenkwamen. Het was bovendien een beroep dat veelal werd aangeleerd via een langdurige meester-gezelrelatie.

De verschuiving: van ambacht naar massaproductie
Met de opkomst van fast fashion in de jaren ’80 en ’90 veranderde alles. Kleding werd goedkoop, snel en op grote schaal geproduceerd in lagelonenlanden. Het naaivak verloor aan status, jonge mensen kozen voor andere beroepen, en ateliers verdwenen langzaam uit het straatbeeld.
Fast fashion, de naam zegt het al, draait om snelheid, lage kosten en massaproductie. Merken brengen wekelijks nieuwe collecties uit, gemaakt onder vaak onduidelijke werkomstandigheden. Het resultaat? Kledingstukken van lage kwaliteit die na een paar keer dragen worden weggegooid. De impact op mens, milieu én ambacht is groot.
Ambacht werd iets uit het verleden, iets nostalgisch. Maar dat is aan het veranderen.
De terugkeer van het ambacht: slow fashion als antwoord
In een tijd van overconsumptie en klimaatbewustzijn groeit de behoefte aan kwaliteit boven kwantiteit. Slow fashion is hier het antwoord op. Het staat voor bewust ontwerpen, lokaal produceren, en kleding die langer meegaat.
Slow fashion staat voor:
Gemaakt met liefde en aandacht
Duurzamer en vaak lokaal geproduceerd
Tijdloos en van hoge kwaliteit
Een tegenreactie op de wegwerpcultuur
Steeds meer mensen kiezen bewust voor minder kleding, maar dan wel stukken die écht iets betekenen. Voor hun garderobe én voor de wereld.
Waarom Nederlands ambacht voor mij essentieel is?
Voor mij is het simpel: De verfijning, de details, de liefde en de passie waarmee vakmensen iets met hun handen kunnen maken. Ik geloof in de tijdloze kracht van dit vakmanschap. De coupeuses waar ik mee werk zijn niet zomaar uitvoerders, ze zijn medecreators. Zij brengen mijn ontwerpen tot leven, met vakmanschap en gevoel.
Dat zorgt niet alleen voor exclusieve items, maar ook voor een verhaal achter elk stuk. Dát is de kern van Halsduk by Esmee.
Ik word blij van de glimlach op het gezicht van mijn klant op het moment dat zij een kaftan, sjaal of kimono jasje aantrekt en zich dan heel speciaal voelt. Dan weet ik; dit is waar het voor mij om draait. Niet alleen om hoe het eruit ziet, maar ook hoe het voelt-van binnen en van buiten.

Geen trend, maar een beweging
Nederlands ambacht leeft. En slow fashion is geen trend, maar een beweging die steeds meer mensen raakt. Ik ben dankbaar dat ik hier als ontwerper deel van mag uitmaken.
👉 Benieuwd naar mijn collectie? Neem een kijkje: www.halsdukbyesmee.nl